Header afbeelding
Gezondheidscentrum HuisDokZuid
1e Wormenseweg 330 7333 GZ
Apeldoorn

Terug naar overzicht

Medische Encyclopedie

Inhoud

Sarcoïdose

Wat is sarcoïdose?

Bij sarcoïdose kunt u op verschillende plekken in uw lichaam ontstekingen krijgen. Op die plekken zitten veel witte bloedcellen. Die plekken noemen we granulomen.

Meestal ontstaan deze ontstekingen in de longen. Ze kunnen ook voorkomen in de huid, lever, ogen, lymfeklieren, botten, gewrichten, het zenuwstelsel en het hart.
Door de ontstekingen kunnen de organen minder goed werken of kunt u klachten krijgen.

Sarcoïdose komt het meest voor bij mensen van 20 tot 40 jaar.

Sarcoïdose is een ziekte van de afweer. Waardoor de ziekte precies ontstaat, is niet bekend.

De ziekte komt soms in 1 familie vaker voor.

Bij de meeste mensen gaat sarcoïdose vanzelf over. Ook zonder medicijnen.
De meeste mensen hebben na een paar maanden tot 2 jaar geen klachten meer. 

Er is ook een soort sarcoïdose die niet over gaat. Dit heet chronische sarcoïdose. Er blijven dan ontstekingen ontstaan. Er komen ook littekens op de plekken waar de ontstekingen weg zijn. 
Dit kan klachten blijven geven. Welke klachten u krijgt, hangt af van de plek waar de ontstekingen of littekens zitten. Zitten ze in de longen, dan kunt u bijvoorbeeld snel hijgen als u iets doet, benauwd zijn en hoesten. 

Kan ik er zelf iets tegen doen?

Wat kan de apotheker voor mij doen?

Uw apotheker zorgt ervoor dat u uw medicijnen goed en veilig kunt gebruiken. Het maakt niet uit of u een medicijn korte tijd of langdurig nodig heeft.

  • Receptcontrole

De apotheker controleert elk recept. Bijvoorbeeld: is het juiste medicijn voorgeschreven en meegegeven, is de dosering goed, kan het medicijn samen met andere medicijnen die u gebruikt. Als het nodig is, overlegt uw apotheker met uw huisarts of specialist.

  • Overzicht van uw medicijnen

Uw apotheker houdt bij welke medicijnen u gebruikt. U kunt in de apotheek altijd om een overzicht van uw medicijnen vragen. Dit kunt u bijvoorbeeld meenemen als u uw specialist bezoekt, in het ziekenhuis wordt opgenomen of naar het buitenland gaat.

  • Delen van informatie over uw medicijnen met andere zorgverleners

Uw apotheker, huisarts en het ziekenhuis kunnen informatie over uw medicijnen met elkaar delen als dat nodig is voor uw behandeling. Dit mag alleen als U daar toestemming voor geeft.

  • Begeleiding bij nieuwe geneesmiddelen

Krijgt u een medicijn dat u in de afgelopen 12 maanden niet hebt gebruikt? Dan krijgt u extra uitleg over deze medicijnen.

  • Ondersteuning als u uw medicijnen weleens vergeet in te nemen

De apotheker heeft daar hulpmiddelen voor. Als uw zorgverzekeraar toestemming geeft, kan uw apotheker uw medicijnen per dag en per tijdstip van inname in aparte zakjes voor u laten verpakken.

  • Persoonlijk gesprek over uw medicijnen

Heeft u vragen over uw medicijnen, of problemen met het gebruik? Bijvoorbeeld moeite met slikken van medicijnen, openmaken van de verpakking, of last van een vervelende bijwerking? Vraag uw apotheker om een persoonlijk gesprek. Hij kijkt dan samen met u welke mogelijkheden er zijn om uw probleem te verhelpen.

  • Medicatiebeoordeling

Uw apotheker en huisarts kunnen u uitnodigen voor een gesprek over uw medicijnen. Dit is mogelijk bij patiënten ouder dan 65 jaar die langdurig meer dan 5 medicijnen gebruiken. Samen met u bespreken ze of er verbetering mogelijk is. Als u bijvoorbeeld last hebt van bijwerkingen van een medicijn kan het soms vervangen worden door een ander medicijn.

  • Zelfzorg

Bij de apotheek kunt u terecht voor advies over medicijnen die u zonder recept (= zelfzorgmedicijnen) kunt kopen, voor verbandmiddelen en cosmetica. De apotheek kan zelfzorgmedicijnen voor u opnemen in uw medicatiedossier. Dan kan de apotheker controleren of u ze veilig samen met uw receptmedicijnen kunt gebruiken.

  • Bezorgservice

Bent u moeilijk ter been? Informeer bij uw apotheek of zij uw medicijnen bij u thuis kunnen bezorgen.

In welke gevallen kan ik beter naar de huisarts gaan?

Welke medicijnen worden gebruikt bij

Bijnierschorshormonen
Bijnierschorshormonen, ook wel corticosteroïden genoemd, verminderen de kortademigheid, koorts of gewrichtspijnen. Dit kunnen tabletten zijn, maar ook injecties. Bij de tabletten is het meestal een behandeling van enkele dagen tot weken. Voorbeelden zijn prednisolon, prednison en triamcinolonactonide.

Medicijnen tegen afweerreacties
Deze groep medicijnen wordt ook wel immunosuppressiva of afweeronderdrukkende middelen genoemd. Ze verminderen de afweerreactie van het lichaam tegen eigen cellen. Ze remmen bovendien de ontstekingen. De klachten verminderen hierdoor. Ze worden gebruikt wanneer andere medicijnen niet voldoende helpen. Voorbeelden zijn adalimumab, infliximab en ustekinumab.